Scoliose en beenlengteverschil

Wat is Scoliose?

Scoliose houdt in dat uw wervelkolom niet recht is, maar een bocht maakt naar de zijkant. Dit kan ervoor zorgen dat uw schouders ongelijk staan of dat uw heupen scheef lijken. Vaak is het iets waar mensen pas later achter komen, bijvoorbeeld als iemand erop wijst of als u merkt dat kleding niet goed valt. De oorzaak is meestal niet precies te achterhalen, maar soms zit het gewoon in de familie. Het hoeft niet altijd problemen te geven, maar als u last heeft van pijn, stijfheid of moeite met bewegen, is het slim om eens bij een specialist langs te gaan. Zo kunt u samen kijken naar wat het beste is om eventuele klachten te verminderen.

Wat is de oorzaak van Scoliose?

Scoliose kan om verschillende redenen ontstaan, maar vaak is er geen duidelijke oorzaak te vinden. Het gebeurt gewoon, zonder dat u er zelf iets aan kunt doen. Soms zit het in de familie, of kan een probleem met de spieren of botten meespelen. Bij een kleine groep mensen is scoliose aangeboren of ontstaan door een ongeluk of een bepaalde ziekte. Maar eerlijk gezegd: in de meeste gevallen blijft het gissen en weet niemand precies waarom de wervelkolom zich ineens anders gaat gedragen.

Wat veroorzaakt beenlengteverschil?

Een beenlengteverschil kan door veel dingen ontstaan. Soms groeit één been van nature iets sneller of langzamer dan het andere. Het kan ook komen door een ongeval, een botbreuk of een operatie waarbij het ene been net iets anders is hersteld. Ook kan een scheef bekken ervoor zorgen dat het lijkt alsof het ene been korter is. Dit wordt dan geen echt, maar een ‘functioneel’ beenlengteverschil genoemd. Het is dus niet altijd zo dat het bot zelf korter is, maar de manier waarop het lichaam zich aanpast.

Wat is het verband tussen scoliose en beenlengteverschil?

Scoliose en beenlengteverschil hebben vaak meer met elkaar te maken dan u misschien denkt. Als uw ene been korter is dan het andere, kantelt uw bekken om dit verschil op te vangen. Daardoor ontstaat er een scheve houding, wat de rug krom kan trekken en uiteindelijk scoliose kan veroorzaken. Aan de andere kant kan scoliose er juist voor zorgen dat uw bekken scheef gaat staan, waardoor het lijkt alsof het ene been korter is. Het is dus een wisselwerking die klachten kan verergeren als beide niet goed behandeld worden.

Wat zijn de gevolgen van scoliose en beenlengteverschil?

Zowel scoliose als een beenlengteverschil kunnen een verstoring van de lichaamshouding veroorzaken. Hierdoor raakt de wervelkolom uit balans, wat overbelasting van spieren, gewrichten en tussenwervelschijven tot gevolg heeft. Dit kan leiden tot:

• Chronische rugpijn
• Een scheve houding of bekkenstand
• Vermoeidheid bij lang staan of lopen
• Knie-, heup- of nekklachten
• Problemen met het looppatroon

Door de ongelijke belasting neemt de kans op slijtage van gewrichten toe, zeker als de klachten onbehandeld blijven.

Wat zijn de symptomen van scoliose?

Scoliose geeft niet altijd direct klachten, vooral niet in een vroeg stadium. Naarmate de kromming van de wervelkolom toeneemt, kunnen de volgende symptomen optreden:

• Ongelijke schouderhoogte
• Een zichtbaar scheve rug (meestal in een S- of C-vorm.
• Eén heup of schouderblad dat verder uitsteekt.
• Pijn in de onderrug of tussen de schouderbladen
• Beperkingen in de bewegingsvrijheid
• Vermoeidheid na staan of zitten

Bij kinderen kan scoliose zich ontwikkelen zonder dat zij zelf pijn ervaren. Daarom is regelmatige controle belangrijk.

Hoe ziet scoliose eruit?

Scoliose is een zijwaartse kromming van de wervelkolom. Dit kan zowel een enkele bocht zijn (C-vorm) als een dubbele (S-vorm). In sommige gevallen draait de wervelkolom ook om zijn eigen as, wat leidt tot een zichtbare asymmetrie in de rug en romp. Bij een zichtbare scoliose staat het lichaam niet recht, zijn de schouders ongelijk en is het bekken gekanteld.

Hoe wordt de diagnose vastgesteld?

De diagnose scoliose wordt gesteld op basis van lichamelijk onderzoek, gevolgd door beeldvorming zoals een röntgenfoto. Een podotherapeut kan al in een vroeg stadium een scheefstand of beenlengteverschil constateren aan de hand van een houdingsanalyse, looppatroon en eventueel een 3D-scan van de voeten. Bij verdenking op scoliose wordt vaak samengewerkt met een arts of specialist voor verdere diagnostiek.

Hoe wordt scoliose behandeld?

De behandeling van scoliose is afhankelijk van de ernst van de kromming, de leeftijd van de patiënt en de mate van klachten. Veelvoorkomende behandelingen zijn:

• Podotherapeutische steunzolen: corrigeren de stand van het lichaam en verminderen overbelasting.
• Oefentherapie of fysiotherapie: versterkt de rompspieren en verbetert de houding.
• Bracebehandeling: bij jonge patiënten om de kromming te corrigeren of te stabiliseren.
• Chirurgie: bij ernstige krommingen die niet reageren op conservatieve therapie.

Een podotherapeut speelt een belangrijke rol in het herkennen van houdingsafwijkingen en het bieden van passende ondersteuning.

Wat is de beste behandeling voor beenlengteverschil?

Een klein beenlengteverschil komt bij veel mensen voor en veroorzaakt meestal geen klachten. Bij een verschil van meer dan 5 millimeter kan het lichaam echter gaan compenseren, wat leidt tot scheefstand van het bekken en wervelkolom.

De meest toegepaste en effectieve behandeling is het gebruik van op maat gemaakte steunzolen met een verhoging. Hiermee wordt het lengteverschil opgevangen, waardoor de belasting op het lichaam weer gelijk wordt verdeeld. Dit vermindert rug-, heup- en knieklachten aanzienlijk. In sommige gevallen wordt ook schoenadvies of een hakverhoging geadviseerd.

Hoe vaak komt scoliose voor?

Scoliose komt voor bij ongeveer 2 tot 3% van de bevolking. Bij de meeste mensen is het een milde vorm die nauwelijks klachten geeft. Ernstige vormen komen minder vaak voor, maar vragen wel om een specialistische aanpak. Vroege opsporing is belangrijk om complicaties op latere leeftijd te voorkomen.

Bij wie is de kans op scoliose het grootst?

Scoliose ontstaat vaak tijdens de groeispurt in de puberteit, en komt vaker voor bij meisjes dan bij jongens. Risicofactoren zijn onder andere:

• Erfelijkheid (komt vaker voor in bepaalde families)

• Snelle groeifases tijdens de jeugd

• Neuromusculaire aandoeningen (zoals spierziekten)

• Aangeboren afwijkingen aan de wervelkolom

Ook volwassenen kunnen scoliose ontwikkelen, vaak als gevolg van slijtage of houdingsproblemen, bijvoorbeeld door een onbehandeld beenlengteverschil.

Heb je klachten die kunnen wijzen op scoliose of een beenlengteverschil?

Bij Het Steunzolen Centrum in Rijswijk en Zoetermeer helpen we je met een nauwkeurige analyse en een op maat gemaakte oplossing. Maak vandaag nog een afspraak voor een intakegesprek met één van onze podotherapeuten.